Op de pijp met.... pastor Martien Straathof

29 augustus 2019 - Algemeen federatie nieuws

Even pauze. Even op de pijp. Bakkie doen, praatje maken. Met en over bijzondere Westlanders. Westlanders met een verhaal. Over Westlandse waarden, en over heden, verleden en toekomst. Deze rubriek kent u vast wel van het regioblad Groot Westland. In de uitgave van 28 augustus 2019 zat niemand minder dan vertrekkend pastor Martien Straathof op de pijp.

Pastor Martien Straathof (58) verruilt na 8 jaar het Westland voor de Bollenstreek. De boerenzoon voelde zich hier thuis; “Tuinders zijn van hetzelfde slag als boeren.” En wat de pastor betreft verschilt het werk van agrariërs ook weer niet zoveel van wat hij doet: “We zijn allebei met leven bezig.” Martien is ongetrouwd en verhuist van Wateringen naar Noordwijkerhout.

Een boerenzoon tussen de tuinders?
En dat bevalt prima! Ik stam inderdaad uit een boerengeslacht en ben opgegroeid op een boerderij in Rijnsaterwoude. Vijftig melkkoeien en wat jongvee. Ik ben de oudste van zes kinderen, waaronder één zus. Het boerenleven heeft me ook gevormd. Het buitenleven is belangrijk voor me. Ik heb ruimte nodig. Maar de overeenkomst is ook dat boeren, tuinders en priesters een vak hebben waar privé en werk voortdurend in elkaar overlopen. Bovenal zijn we allemaal met léven bezig. Dat is niet alleen geestelijk, maar ook gewoon heel reëel en praktisch.

Had je dan niet liever boer willen worden?
Ik weet dat ik op mijn twaalfde, zo rond mijn schoolkeuze, al serieus dacht dat ik missionaris wilde worden. Toch ging ik eerst de groene kant op. De tuinbouwschool in Ter Aar. Daar ontmoette ik trouwens de eerste Westlanders: meneer Theo van der Valk, die leraar kassenbouw en groenteteelt was. Daarna naar de middelbare landbouwschool in Hoofddorp. Dat was een protestantse school trouwens. Daarna heb ik nog een kaderjaar weidebouw en rundveehouderij in Oenkerk gedaan. Dat ligt bij Dokkum.

Het priesterschap leek toen ver weg...
Niet helemaal. Ik was als kind al actief in de kerk. Als misdienaar en later als acoliet en hulpkoster. Op mijn negentiende werd ik gevraagd om voorloper te worden bij de uitvaartvereniging. Dat was een soort van burenhulp. Niet commercieel. Dat werk leerde me dat ik met emoties om kan gaan. Ook in kwetsbare situaties. In mijn diensttijd was ik hospik en chauffeur. Ook daar merkte ik dat 's avonds bij het bier mensen naar mij toekwamen met hun verhalen, hun problemen. Ik vroeg me lang af waarom ze nou naar mij kwamen.

Waarom denk je dat dat was?
Omdat ik blijkbaar een luisterend oor heb, En ik sta niet snel klaar met een oordeel. Na mijn diensttijd werkte ik als melkcontroleur. Het werk beviel me. Een vrouw vinden was aantrekkelijk. Maar ook de kerk bleef trekken. Mijn vraag was; hoe kan ik God het beste dienen. Als huisvader en boer? Of als priester? Op mijn 26e besloot ik theologie te gaan studeren. Als priesterstudent woonde ik in een leefgemeenschap Vronesteijn in Voorburg. De colleges volgde ik aan de Katholieke Theologische Hogeschool te Amsterdam. Toen ik rond kerst thuiskwam zei mijn moeder 'je tiert'. En inderdaad, het voelde als thuiskomen. Je wordt als het ware geroepen en je weet van binnen dat het goed zit. Toch vind ik ook mijn eerdere studie en werk waardevol. Het is goed iets van het dagelijks bestaan te weten. Je staat ook als geestelijke midden in het leven. Op 1 juni 1996 werd ik tot priester gewijd.

Hoe kwam je in het Westland terecht?
Mijn eerste standplaats was als kapelaan in Voorhout. Kees van Bockxmeer was daar pastoor, en ik dus zijn 'herdershond'.

(Onderbreekt) Eigenlijk ga je dus terug naar je oude stek?
Dat zie ik toch breder. Inmiddels zijn er bijna twintig jaar voorbij, en is ook daar weer veel veranderd. Ik ben er sinds ik wegging ook jaarlijks teruggekomen. Iedere tweede donderdag van januari is daar i.h.k. van de kerkenveiling een avond 'kaarten met de kapelaan'. Dat is toen ooit begonnen en dat doen ze dus nog steeds.

Ga verder...
Na vier jaar in Voorhout, van 1996 tot 2000, verhuisde ik naar Nieuwkoop. Daar ben ik elf jaar gebleven. Voor een deel waren dat tropenjaren. Het was een periode van reorganisatie. Overal moesten teams worden samengevoegd. Dat gebeurde overigens overal hoor. Maar toen ik in 2011 de keus kreeg tussen Westland en Dordrecht, was eén van de redenen dat ik voor Westland koos dat in Dordt zo'n heel proces van reorganisatie nog voor de deur stond, terwijl dat in Westland al gebeurd was.

Maar dat was niet de enige reden...
Nee. De keuze voor Westland lag om meer redenen voor de hand. Dordrecht is een stad, en zoals ik al zei; het landelijke is belangrijk voor mij. Ik moet een koe kunnen zien.

Zoveel koeien heb je anders niet in Westland...
Nee. Ook dit gebied wordt steeds meer volgebouwd. Maar toch heeft het nog een duidelijke agrarische signatuur. En ook de mentaliteit herken ik. Ze weten hier wat land is. Wat doorwerken is.  En Westlanders hebben toch iets van 'dat regelen we zelf wel even'. Het zijn zelfkazende boeren, zeg maar.

Beïnvloed dat de manier waarop je werkt?
Deels wel. In een gemeenschap van doeners die niet zeuren moet je je boodschap praktisch en luchtig houden. (aarzelt) Je moet misschien ook niet teveel waardering verwachten. Westlanders zeggen niet gauw dat iets goed is. Nu ik weg ga komen er ineens wel mensen met waarderende woorden.

Zijn westlanders een beetje kerkentrouw?
Laat ik zeggen dat Westlanders goed weten wanneer ze in de kerk moeten zijn. (lacht). Als de bisschop langs komt is de kerk vol. Op hoogtijdagen als kerstmis ook. Daarbuiten is het.. moeizamer. Er zijn natuurlijk nog steeds de getrouwen, in vrijwilligerswerk, op koren...  En dat wordt ook gewaardeerd. Toen onlangs één van onze parochianen die heel veel vrijwilligerswerk achter de schermen heeft gedaan overleed, zat de kerk vòl. Dat is prachtig. Maar die saamhorigheid en betrokkenheid wordt minder. Neem de wijk waarin onze St. Josephkerk, in de volksmond de 'kolenkit', staat. Toen de kerk werd gebouwd was dit een nieuwe wijk, vol jonge gezinnen. Het is onvoorstelbaar hoeveel werkgroepen, activiteiten, koren en dergelijke hier zijn ontstaan. Maar nu, bijna 60 jaar later, is de wijk vergrijst en dat zie je dan ook weer terug in de kerk. Het is moeilijk om de jeugd te bereiken. De kinderkoren verdampen. Ouders zijn steeds moeilijker te motiveren hun kinderen de Eerste Communie en het Vormsel te laten doen. De vanzelfsprekendheid is weg. We missen de beleving van het geloof. We zijn in de kerk vol van de goede boodschap, maar hoe maken we van buitenstaanders deelnemers?  Tussen ons dagelijks leven en de mis gaapt een flink gat.

Dat is een droeve conclusie...
Nu mijn 25-jarig priesterschap nadert kijk ik terug en realiseer me des te meer dat ik eigenlijk alleen maar krimp heb meegemaakt. De territoria werden groter, maar het aantal mensen werd steeds maar minder. Toch ben ik niet somber, want uiteindelijk gaat het niet om aantallen. Ik doe prachtig werk. Ik mag er zijn voor mensen op belangrijke momenten in het leven; huwelijk, geboorte, dood. De acht jaar die ik hier in het Westland heb doorgebracht was een mooie tijd, waarin ik prettig heb samengewerkt. Westland heeft mij ook veel gegeven. Mensen hebben mij toegelaten in hun kwetsbaarheid. Zij maken mij priester! Ik ga dan ook als dankbaar man weg.

Maar waarom ga je weg?
Begin dit jaar werd mij in Voorhout verteld dat pastoor Goumans wegging en vroegen ze mij om  zijn opvolger te worden. Daar moest ik wel over nadenken. Maar ik ben nu 58. Het kan nog. Ik kan nu nog tien jaar iets betekenen voordat ik met pensioen ga. De kans werd me dus geboden en het land van de buren is maar één keer te koop. Daarom besloot ik ondanks twijfels om het toch te doen. En tot mijn verbazing ging het organisatorisch ook allemaal heel snel. Ik vond het heel spannend de mail met het verzoek om overplaatsing te sturen, maar het bisdom ging meteen akkoord. Dat was voor mij een belangrijke bevestiging. Menselijkerwijs is deze nieuwe taak voor mij eigenlijk te groot en te eng. Maar vanuit geloofsperspectief durf ik het aan. En ik weet dat ik ook dáár gedragen zal worden. Door het bisdom, door de mensen daar, maar bovenal door God!

22 augustus 2019

Tekst: Esdor van Elten

Foto: Ton van Zeijl

Terug naar de voorgaande pagina
Wij zijn 1 federatie met 10 parochiesvoor iedereen
Tekstgrootte

Bezoek eens de parochie site van De Lier

Omstandigheden maken de mens niet; ze onthullen wie hij is.